Posts tonen met het label seizoenen. Alle posts tonen
Posts tonen met het label seizoenen. Alle posts tonen

maandag 13 januari 2020

Olle is op skitocht

 Olle is heel blij. Hij heeft nieuwe ski's gekregen. Met een boterham in de binnenzak van zijn jasje gaat hij op pad. Als hij bij Koning Winter is aangekomen, mag hij zijn slot bekijken. Een groep kinderen maakt daar ski's, sleetjes en schaatsen. Samen met hen houdt gaat Olle skiën en sleetje rijden.









Ontwerp Olle en Lapse kinderen: Atelier WOLfjes Wereld/Gracia

De boom is een ontwerp/patroon van WeefolkArt.





woensdag 23 oktober 2019

Sint Maarten

De afgelopen weken werkte ik sinds lange tijd weer aan seizoenstafelfiguren. En dat zijn Sint Maarten en zijn paard en de bedelaar geworden. 

Ontwerp: Atelier WOLfjes Wereld.


Sint Maarten, ik vind het een van de mooiste jaarvieringen die wij kennen in Nederland. Maar niet in alle delen van ons land kent of viert men dit feest. In 'mijn stad' Groningen in ieder geval wel en ik ben ermee opgegroeid. Op De verhalen uit Groningen wordt hier kort iets over verteld. Ook op Wikipedia vind je informatie. 


Op youtube vind je een afspeellijst van Waldorf Inspiration met liedjes
die passen bij Sint Maarten.






Sint Maarten zette ik niet vast op het paard zodat ook Sint Nicolaas straks gebruik kan maken van dit rijdier.








woensdag 13 maart 2019

Herder met schaap en lammetje

Binnenkort is de juf van onze dochter jarig. Vandaag vierde ze dat alvast in de klas. Deze herder met schaap en lammetje een cadeautje voor haar van de hele klas. De afgelopen jaren speelde ze steeds een van de herders in het kerstspel en ik maakte de herder naar haar evenbeeld. Wat ik teruggekoppeld kreeg, was dat ze zichzelf herkende zonder dat daar ook maar een opmerking over gemaakt was! Geweldig toch?! 

De twee kaartjes deden we er zelf nog bij. Een herder met schapen kan zowel in de adventstijd als in het voorjaar op de seizoenstafel. Door een ander kaartje en andere kleuren doeken of bloemen/takken krijg je precies de gewenste sfeer. 
De schapen zijn een patroon uit het boekje De Seizoentafel van M. van Leeuwen-Zier. De herder is een door mijzelf gemaakt ontwerp. De patroondelen hiervan zal ik binnenkort in een patroonblad zetten met werkbeschrijving.



Ter info: de linker kaart is gemaakt door Molly Brett en heet Animal nativity. Bij Atelier Niels Holgersson kun je hem vinden onder de naam Dieren voor de stal. De rechter kaart is gemaakt door Marjan van Zeyl.

woensdag 31 oktober 2018

Het paddenstoelkind

Ik ben dol op de herfst, de prachtige kleuren, paddenstoelen, pompoenen en ook de regen. Geïnspireerd door de natuur en de favoriete paddenstoel van menig kind maakte ik dit popje voor de seizoenstafel. Het is circa 9 cm hoog (tot aan de bovenrand van de hoed gemeten). Een ontwerp van WOLfjes Wereld.
Ik maakte er weer een patroonblad van, deze is beschikbaar.



maandag 25 januari 2016

Een kabouter voor elk seizoen


Deze vier schattige kaboutertjes maakte dochterlief. Voor elk seizoen eentje. Ze zijn gemaakt op een kegeltje met een rond buikje.

maandag 23 maart 2015

Sneeuwklokjes notitieboek


De hoes is van wolvilt gemaakt, rondom het hart zitten kleine parelkraaltjes en binnenin zit een notitieboek met harde kaft van de h.e.m.a. Heerlijk om je dagdromen in op te schrijven, of je creatieve ideeën of...nou ja, vul maar in. 
Het patroon maakte ik door het schrift om te trekken. Daarna knipte ik twee rechthoeken uit donkerrood wolvilt en 1 lange baan uit lichtgroen wolvilt. Om de cirkel in het midden mooi rond te krijgen, maakte ik een patroon in powerpoint (zo'n handig programma om basisvormen te maken) op papier. Deze legde ik dan op het wolvilt en zo kon ik dit uitknippen. Het patroon van de sneeuwklokjes vond ik hier via Pinterest.

zaterdag 5 april 2014

Lieveheersbeestje + patroon


Leuk voor de seizoenstafel in de zomer, maar ook gewoon als speelgoedje.
Het patroon maakte ik zelf voor dit lieveheersbeestje. Als voorbeeld nam ik de Coccinella quinquepunctata oftewel het vijfstippige lieveheersbeestje.
Hier vind je meer informatie over de 'ladybug'. 

Graag deel ik het patroon hier met jullie.


Printen op A4 formaat.


vrijdag 4 april 2014

Kiemkindje

Eerst verfde ik het lijfje van twee kleine kegelpopjes met bruine waterverf.


Daarna maakte ik het mutsje met het kiempje op basis van het patroon van het kiemkindje van Mieke Stender. Deze heb ik wat verkleind zodat het dit popje zou passen.
Het mutsje is met lijm op het hoofdje vastgeplakt.
In het potje deed ik wat bruine merinowol. Kan natuurlijk ook met wonderwol of bhedawol. Dit heb ik ook een beetje vastgelijmd. Daarin zette ik het kegelpopje. 
Et voila, een kiemkindje....


dinsdag 1 april 2014

Roodborstje



Hoe het roodborstje aan haar rode veren komt

Het was in de tijd dat God de wereld schiep, toen hij niet alleen hemel en aarde maakte, maar ook alle dieren en gewassen en hun tegelijkertijd een naam gaf. Er zijn veel verhalen uit die tijd, en als men die kende, zou men ook in staat zijn alles in de wereld, wat men nu niet kan begrijpen, te verklaren.

Nu gebeurde het op een dag dat God in het paradijs de vogels zat te schilderen en dat de verf in de verfpotten opraakte, zodat de distelvink zonder kleur gebleven zou zijn, als God niet alle penselen aan diens veren had afgeveegd.
Toen kreeg ook de ezel zijn lange oren, omdat hij de naam die hij gekregen had maar niet kon onthouden. Zodra hij een paar stappen op de wei in het paradijs zette, vergat hij zijn naam. Al driemaal was hij teruggekomen om te vragen hoe hij heette en God werd wat ongeduldig, pakte hem bij beide oren en zei: "Je naam is ezel, ezel, ezel!" En terwijl hij dat zei, trok hij de oren van het dier een stukje omhoog, zodat het beter zou horen en onthouden wat hem gezegd werd.
Op die dag werd ook de bij gestraft. Want zodra de bij geschapen was, begon ze onmiddellijk honing te verzamelen en alle mensen, die merkten hoe heerlijk de honing geurde, kwamen aangelopen om te proeven. Maar de bij wilde alles zelf houden en joeg met haar giftige angel iedereen weg, die om honing kwam. Dat zag God en onmiddellijk riep hij de bij bij zich om haar te straffen. "Ik heb je de gave geschonken om honing te verzamelen, het mooiste wat er in de schepping is," zei God. "Maar daarom heb ik je nog niet het recht gegeven om hardvochtig tegenover je naaste te zijn. Onthoud dus maar goed dat je moet sterven, als je iemand steekt, die je honing wil proeven." Ja, er gebeurden die dag allerlei wonderlijke dingen. Zo werd de krekel blind en verloor de mier haar vleugels.
God, groot en vriendelijk, was de hele dag druk bezig te scheppen en in 't leven te roepen. En tegen de avond kwam het in hem op om een kleine, grauwe vogel te maken. "Onthoud goed dat je naam roodborstje is," zei God tegen de vogel, zette hem op zijn hand en liet hem vliegen.
Maar toen de vogel een poosje had rondgevlogen en de mooie aarde had bekeken, wilde hij ook zichzelf wel eens bekijken. Toen zag hij dat hij helemaal grijs was, tot zijn borst toe. Roodborstje keerde en draaide en spiegelde zich in het water, maar hij kon geen enkele rode veer ontdekken.
De vogel vloog terug naar God, die daar zacht en vriendelijk zat, terwijl de vlinders, die uit zijn hand te voorschijn kwamen, om zijn hoofd vlogen. Duiven kirden op zijn schouders en uit het veld om hem heen bloeiden rozen, leliën en duizendschonen op.
Het hart van de kleine vogel bonsde hevig van angst. Toch vloog hij in lichte bogen steeds dichter naar God toe en uiteindelijk ging hij op diens hand zitten.
God vroeg wat hij wenste.
"Ik wil u maar één ding vragen," zei de kleine vogel.
"Wat wil je weten?" vroeg God.
"Waarom moet ik roodborstje heten, als ik van mijn snavel tot de punt van mijn staart helemaal grauw ben? Waarom word ik roodborstje genoemd, als ik geen enkele rode veer bezit?" Het vogeltje zag God smekend aan met zijn zwarte oogjes en draaide heen en weer. Om zich heen zag hij fazanten, helemaal rood met wat goudstof besprenkeld, papegaaien met weelderige rode halskragen en hanen met rode kammen, om nog maar te zwijgen van vlinders, goudvissen en rozen.
Natuurlijk dacht hij eraan hoe weinig er maar nodig was - maar één druppeltje verf - om hem tot de mooie vogel te maken, waar zijn naam bij paste.
"Waarom moet ik roodborstje heten, terwijl ik helemaal grijs ben?" vroeg de vogel opnieuw. En hij verwachtte dat God zou zeggen: "Ach, vriendje, ik zie dat ik vergeten heb je borstveren rood te schilderen, wacht maar even, dan is het zo klaar." Maar God lachte alleen maar stil en zei: "Ik heb je roodborstje genoemd en roodborstje zul je heten. Maar je moet zelf maar zien, dat je je rode borstveren verdient." Toen hief God zijn hand op en liet de vogel opnieuw uitvliegen.
In diep gepeins vloog de vogel in het paradijs rond. Wat zou een kleine vogel als hij kunnen doen om zich rode veren te verwerven? Het enige wat hij kon bedenken was in een doornstruik te gaan wonen. Daarom begon hij een nest te bouwen tussen de stekels van een dichte doornstruik. Het was alsof hij verwachtte, dat een rozenblad zich bij zijn keel zou vastzetten en die zou kleuren.
Een oneindige hoeveelheid jaren was verstreken sinds die dag, de heerlijkste ter wereld. Sindsdien hadden mensen en dieren het paradijs verlaten en zich over de aarde verspreid. De mensen hadden inmiddels geleerd om het veld te ontginnen en de zee te bevaren. Ze hadden zich kleren en versierselen aangeschaft en al lang geleden geleerd om grote tempels en machtige steden te bouwen, zoals Thebe, Rome en Jeruzalem.
Toen brak een nieuwe dag aan, die ook lang herdacht zou worden in de geschiedenis van de aarde. Op de morgen van die dag zat vogel Roodborst op een kleine, kale heuvel buiten de muren van Jeruzalem te zingen voor zijn jongen, die midden in een lage doornstruik in een nestje lagen. Het roodborstje vertelde zijn kleintjes over de wonderbare dag van de schepping en hoe hij zijn naam had gekregen, net zoals alle roodborstjes hadden gedaan vanaf het eerste, dat Gods woord had gehoord en was opgevlogen van zijn hand.
"En kijk nu toch eens," besloot hij treurig. "Zoveel jaren zijn verstreken, zoveel rozen hebben gebloeid en zoveel jonge vogels zijn uit hun ei gekropen, sinds de dag van de schepping, dat niemand ze kan tellen en nog altijd is het roodborstje een kleine, grijze vogel. Het is hem nog steeds niet gelukt zijn rode borstveren te verwerven." De jongen sperden hun snavel wijd open en vroegen of hun voorvaderen niet geprobeerd hadden iets groots te verrichten, om zo die onschatbare rode kleur voor zich te winnen.
"We hebben alles gedaan wat we konden," zei het vogeltje, "maar alles is mislukt. Meteen al het eerste roodborstje ontmoette eens een andere vogel, die sprekend op hem leek en waarvan hij meteen zoveel begon te houden, dat hij zijn borst voelde gloeien. Och, dacht hij toen, nu begrijp ik het! Het is de bedoeling van God, dat ik met zoveel warmte zal liefhebben, dat mijn borstveren rood worden door de gloed van de liefde, die in mijn hart woont. Maar het lukte hem niet, zoals het niemand na hem lukte en zoals het ook jullie niet zal lukken." De jongen tjilpten bedroefd en begonnen er al over te treuren, dat die rode kleur nimmer hun donzige borstjes zou sieren.
"Ook op het zingen hebben wij onze hoop gevestigd," zei de oude vogel nu in lange, gerekte tonen. "Meteen al het eerste roodborstje zong zo, dat zijn borst van verrukking zwol en hij opnieuw begon te hopen. Ach, dacht hij, het is de zangersgloed, die in mijn ziel woont, die mijn borstveren rood zal verven. Maar het lukte hem niet, zoals het niemand na hem lukte en zoals het ook jullie niet zal lukken." Opnieuw klonk een droevig gepiep uit de halfnaakte keeltjes van de jongen.
"We hebben ook gehoopt op onze moed en onze dapperheid," zei de vogel. "Meteen al het eerste roodborstje streed dapper met andere vogels en zijn borst vlamde van strijdlust. Ach, dacht hij, mijn borstveren zullen rood worden van de strijdlust die in mijn hart gloeit. Maar het lukte hem niet, zoals het niemand na hem lukte en zoals het ook jullie niet zal lukken." De jongen piepten heel moedig, dat ze toch wilden proberen het voorrecht te verwerven, waarnaar het roodborstje al die lange jaren had verlangd. Maar de oude vogel antwoordde hun droevig, dat dit onmogelijk was. Hoe konden zij die hoop koesteren, waar vele uitstekende voorvaderen het doel niet hadden kunnen bereiken? Wat konden ze meer doen dan zingen, liefhebben en vechten? Wat konden...
De vogel hield midden in die zin op, want uit een van de poorten van Jeruzalem kwam een menigte mensen naar buiten en iedereen liep snel naar de heuvel, waar de vogel zijn nest had. Het waren ruiters op trotse paarden, krijgslieden met lange speren, beulsknechten met hamers en spijkers, waardig voorttrekkende priesters en rechters, huilende vrouwen, maar vooral een troep wild rondspringend, loslopend volk, een afschuwelijk schreeuwende bende straatslijpers. Een klein grijs vogeltje zat trillend op de rand van zijn nest. Het was bang dat de doornstruik ieder moment vertrapt en zijn jongen gedood zouden worden.
"Wees voorzichtig!" riep hij de weerloze diertjes toe. "Kruip dicht bij elkaar en wees doodstil. Er komt een paard aan, dat dwars over ons heen zal gaan, en een soldaat met sandalen met ijzeren zolen. Er komt een hele woeste bende aanstormen." Opeens hield de vogel op met waarschuwen en bleef doodstil zitten. Bijna vergat hij het gevaar waarin hij verkeerde.
Plotseling sprong hij in het nest en spreidde zijn vleugels over zijn jongen uit. "Nee, dit is al te vreselijk," zei hij, "ik wil niet dat jullie dit zien. Daar komen drie misdadigers aan, die gekruisigd moeten worden." En hij spreidde zijn vleugels nog verder uit, zodat de jongen niets konden zien. Ze hoorden alleen de dreunende hamerslagen, de jammerkreten en het wilde gejoel van het volk.
Met ogen groot van ontzetting volgde het roodborstje het hele schouwspel, terwijl hij niet in staat was zijn blik van de drie ongelukkigen af te wenden.
"Wat zijn de mensen wreed," zei de vogel na een poosje. "Het is hun nog niet genoeg die arme schepsels aan het kruis te nagelen. Nee, ze hebben op het hoofd van die ene ook nog een kroon van scherpe doornen gezet."
"Ik zie dat de doornen zijn voorhoofd hebben verwond, zodat zijn bloed vloeit," ging hij voort. "En die man is zo kalm en kijkt met zulke zachte ogen om zich heen, dat iedereen wel van hem moet houden. Het is alsof een pijl mijn hart doorboort, nu ik hem zie lijden." Het vogeltje begon steeds meer medelijden te krijgen met de man die de doornenkroon droeg.
Als ik mijn broeder de arend was, dacht hij, zou ik de spijkers uit zijn handen rukken en met mijn sterke klauwen iedereen op de vlucht jagen, die hem pijnigt. Toen hij zag hoe het bloed langs het voorhoofd van de gekruisigde vloeide, kon hij niet langer stil in zijn nest blijven zitten. Ook al ben ik klein en zwak, toch kan ik wel iets voor die arme gemartelde doen, dacht de vogel, verliet het nest en steeg op in de lucht, waarbij hij grote kringen rond de gekruisigde beschreef. Hij zweefde verschillende keren om hem heen zonder dichterbij te komen, want hij was een schuwe, kleine vogel, die het nog nooit gewaagd had dicht bij een mens te komen.
Langzamerhand vatte hij moed, vloog naar hem toe en trok met zijn snavel de doorn uit, die in het voorhoofd van de gekruisigde was gedrongen. En terwijl hij dit deed, viel een druppel bloed van de gekruisigde op de borst van de vogel. De druppel breidde zich snel uit en kleurde al zijn tere borstveertjes.
De gekruisigde opende zijn lippen en fluisterde de vogel toe: "Door uw barmhartigheid hebt u nu verworven, waar uw voorvaderen sinds de schepping van de wereld naar gestreefd hebben." Zodra de vogel in zijn nest terugkwam, riepen zijn jongen hem toe: "Uw borst is rood, uw veren zijn roder dan rozen!" - "Dat is alleen maar een druppel bloed van het voorhoofd van die arme man. Die verdwijnt zodra ik me in een beek of een heldere bron baad." Maar hoe het vogeltje ook baadde, de rode kleur week niet meer van zijn borst.
En toen zijn jongen volwassen waren, vertoonden ook hun borstveren die schitterend rode kleur, zoals die tot op de dag van vandaag op de keel en de borst van ieder roodborstje te zien is.


zondag 2 februari 2014

maandag 28 oktober 2013

Bijenwasdrijfkaarsjes




Ontzettend leuk om te doen: kaarsen maken.
Nu worden deze walnootdrijfkaarsjes vaak gebruikt rond Maria Lichtmis. Maar juist omdat de herfst de walnotenoogst brengt en het nu al vroeg donker is, vonden wij het een leuk klusje om nu te doen. Een deel kan straks in de grabbelton voor de adventsmarkt.

Het is heel eenvoudig, alhoewel het splitsen van de noten weer wat lastig is.
Een walnoot splitsen in twee helften, dus heel voorzichtig doen. De inhoud eet je lekker op.
Bijenwaskorrels (oa te koop bij Tientalenten) smelten, au bain marie.
Het lont door de bijenwas halen en recht leggen op een stuk bakpapier. Je knipt hier stukjes lont van voor in de kaarsjes zodra de was afgekoeld is.
De walnoten vol gieten met de gesmolten was. Zodra de was wat begint te stollen steek je er het lontje in. Raak de bodem, maar druk niet door. Eea af laten koelen.
Zodra alles goed gekoeld en gestold is, kun je de kaarsjes in een bakje met water laten drijven en aansteken.



maandag 25 februari 2013

Lenteboden

Ondanks dat het hier sneeuwde vandaag, hebben wij de eerste lenteboden al in de tuin gezien. Jullie vast ook al wel: de sneeuwklokjes en de krokussen (altijd de gelen als 1e).
En alhoewel Koning Winter toch nog regelmatig heerst hebben wij ervoor gekozen om de aankomende lente op de seizoenstafel te laten zien.


Er ligt nog een klein beetje sneeuw her en der.

Bij de familie Muis is het gras echt nog gelig (net zoals in onze eigen tuin).


Maar pa en ma muis beginnen al wel vast eea op te ruimen. De kindjes slapen lekker uit deze ochtend.

zaterdag 9 februari 2013

Raamhanger


Vorig weekend maakte ik de rechtse hanger met hartjes, een simpel eigen ontwerp. Met behulp van Powerpoint maakte ik een hartvorm welke ik steeds 10% vergrootte. Ik maakte een printje en koos de formaten die mooi onder elkaar zouden passen. 


De hartjes knipte ik per maat 2x uit rood wolvilt. Deze festoneerde ik op elkaar en vulde ik met een klein beetje vulwol. Vervolgens nam ik een lange naald met een rode draad daarin en begon met onderin het onderste hart te steken. Even een klein stukje draad aan de onderkant laten zodat ook daar later kraaltjes op geregen konden worden. De lange naald ging van de draad en de draad reeg ik in een heel fijn naaldje waar de kralen mee geregen konden worden. Een zestal kraaltjes in wit, doorzichtig en rood reeg ik vervolgens. Daarna weer de grotere naald aan de draad en onderin het volgende hartje recht naar boven. En zo door tot bovenaan. Daar een lusje gemaakt zodat eea kan hangen. 
Onderaan zit dan nog iets van een kwastje. Zes stukjes borduurgaren dubbelgevouwen met bovenin een knoopje en deze dan onder de kraaltjes vastgeknoopt. Eventueel teveel aan garen onderaan de kraaltjes kunnen je wegsteken door om het kwastje heen terug te steken door de kraaltjes.

De andere twee hangers op de foto maakte ik vorig jaar en het jaar ervoor al eens.

woensdag 2 januari 2013

IJsdwergjes



De afgelopen dagen werkte ik aan dit pakketje van Tintangel: de zes ijsdwergjes. Tintangel heeft een hele serie met het thema Winterwonderland ontworpen, maar ik koos alleen voor dit setje.
Ze passen leuk bij onze wintertafel








dinsdag 25 december 2012

Hazelnoot makronen

Fijne feestdagen voor jullie allemaal!!




Ik heb mij laten vertellen dat deze hazelnoot makronen een traditioneel Duits kerstkoekje/gerecht zijn. Ze zijn in ieder geval heerlijk en gemaakt volgens onderstaand recept:

Ingrediënten voor circa 40 stuks:

eiwit van 3 eieren
150 gr basterdsuiker
1 tl vanillesuiker
4 druppels amandel essence
150 gr gemalen hazelnoten
25 gr bloem

Bereidingswijze:

Verwarm de oven voor tot 150 C (heteluchtoven) (160 C gasoven). Bedek een bakplaat met bakpapier.

Klop de eiwitten heel stijf, roer er geleidelijk de suiker en vanillesuiker in.

Meng de hazelnoten, bloem en amandel essence. Roer de eiwitten er door.

Met twee theelepels maak je kleine hoopjes op het bakpapier op de bakplaat. 

Bak in circa 23-25 minuten in de voorverwarmde oven (denk er om dat de oven echt niet te heet is, dan liever iets koeler, maar nooit te heet!)

Laat de makronen afkoelen op de bakplaat en.....

SMULLEN MAAR!!

Lief poppenkind (kleine lijs)

Ik maakte weer een lief klein poppenkind, een kleine lijs. Ze heeft zachte haartjes die je kunt borstelen met een zachte borstel.  Ze draagt...